Annuleren

Zoek hier binnen onze website

#34 - Pasen

emmaus_34.jpg

Lezen: Lukas 24:1-8

Elk jaar is het weer Pasen. We vieren het dit jaar wel op een heel andere manier dan anders. Pasen, terwijl de wereld zucht onder het coronavirus. Elke dag lees je de kille cijfers weer van de dodelijke slachtoffers. We raken er bijna aangewend.

Maar de dood hoort eigenlijk helemaal niet bij ons. Dat vertelt Pasen ons. Pasen is een krachtige boodschap van God: “Wat zoeken jullie de Levende bij de doden?”

Heel het de menselijke geschiedenis is een lang en eentonig refrein. Hij stierf. Zij stierf. De één jong. Een ongeboren kind in de baarmoeder. Een kindje van drie. Een jongen van 16. Een meisje van 18. Anderen op hoge leeftijd. Maar hier, vandaag op Pasen, hoor je: “Hij is opgestaan. Hij leeft!” Dit is de grootste dag van heel de wereldgeschiedenis. God maakt het onmogelijke mogelijk. Er is door Jezus’ opstanding een escape! Nee, eeuwig leven word je hier op aarde niet gegeven. En dat is maar goed ook. Maar Jezus is de Levende en Hij geeft het eeuwige leven. Een leven zoals God het bedoeld heeft. Echt leven. Leven zonder zonde. Leven voor God, in echte vrijheid. Leven zonder ziekte, pijn en verdriet. Juist in deze tijd kan je daar intens naar verlangen.

Maar Pasen is niet alleen het grote, goede nieuws van Jezus’ opstanding, het is juist ook de dag waarop het paasgeloof doorbreekt. De engelen herinneren de discipelen aan de woorden van Jezus, die Hij sprak toen Hij nog met hen was.

Al die tijd tastten ze in het duister over de woorden die Jezus had gesproken. Ze snapten niks van Zijn woorden. Wat bedoelde Hij toch? Het is ook niet voor te stellen. Dwars door de dood naar oneindig goed leven! Maar, nu zeggen de engelen het: “Dit was het, dat Hij tot jullie zei.” Zo breekt het geloof door: “En zij werden Zijn woorden indachtig”. Dat doet God. Dat doet Hij ook vandaag. Dan brengt Hij de waarheid van Gods Woord in je hart. Hij brengt je tot geloof. Je zegt: “Dit is wat de Heere in Zijn Woord tot mij zegt. Nu heb ik het niet alleen van horen zeggen, maar nu mag ik het zelf geloven.” Ken je dat?

1178