Annuleren

Zoek hier binnen onze website

Bang voor de eindtijd

JOUW VRAAG

Veel dingen die in de wereld gebeuren, lijken met de eindtijd te maken te hebben. Dat zorgt ervoor dat ik vaak met spanning en angst rondloop. Ik ben soms bang dat ik niet meer bekeerd kan worden. Ik weet ook niet goed hoe ik de Heere écht moet zoeken. Hoe moet ik met deze gevoelens omgaan? Is het goed om zo te denken? 

Het is heel goed om de gebeurtenissen in de wereld in het licht van de Bijbel te lezen. Gedeelten als Mattheüs 24 en de Openbaring van Johannes zeggen veel over de tijd voor de wederkomst van de Heere Jezus. We horen van oorlogen en geruchten van oorlogen. Er zijn hongersnoden, en epidemieën, en aardbevingen in verschillende plaatsen. We horen in de wereldgebeurtenissen de komende voetstappen van Koning Jezus. Hij zegt het Zelf: Daarom, zijt ook gij bereid; want in welke ure gij het niet meent, zal de Zoon des mensen komen (Matth. 24: 44).

Schouders ophalen

De vraag is wat dit met je doet. Je hebt het over angst en spanning. Wanneer je nog onbekeerd bent, is dat ook begrijpelijk. Jezus was niet onduidelijk over de mensen die Hij onbekeerd zou aantreffen bij Zijn wederkomst: Dezen zullen gaan in de eeuwige pijn (Matth. 25: 46). Als je dit tot je laat doordringen, is dat ook ontzettend. Wie zou daar z’n schouders over ophalen? Het is levensgevaarlijk om daaraan voorbij te leven!

Maar die gedachten en gevoelens van angst en spanning mogen je niet verlammen. Je mag niet denken dat je niet meer bekeerd kunt worden. Dat kun je wel! Paulus schrijft aan de Korinthiërs: Wij dan, wetende den schrik des Heeren, bewegen de mensen tot het geloof (…) Zo zijn wij dan gezanten van Christuswege, alsof God door ons bade; wij bidden van Christuswege: Laat u met God verzoenen. (2 Kor. 5: 11a, 20). Paulus wist van het rechtvaardige oordeel van Christus. Juist daarom roept hij de mensen in Korinthe indringend op om zich te bekeren en het Evangelie van Jezus Christus te geloven.

En zo komt het Evangelie ook tot jou. Zie, nu is het de welaangename tijd, zie, nu is het de dag der zaligheid, vervolgt Paulus in 2 Korinthe 6 vers 2. Juist in de tijd voorafgaand aan de wederkomst klinkt het Evangelie van Gods genade. Ernstig, welmenend, algemeen. ‘Doch zovelen als er door het Evangelie geroepen worden, die worden ernstiglijk geroepen. ‘Want God betoont ernstiglijk en waarachtiglijk in Zijn Woord wat Hem aangenaam is, namelijk dat de geroepenen tot Hem komen. Hij belooft ook met ernst allen die tot Hem komen, en geloven, de rust der zielen en het eeuwige leven’ (DL H. 4, par. 8).

Gods mogelijkheid

Hoe kom je daaraan? Hoe zoek je de Heere écht, zoals je vraagt? De Heere Jezus vermaant ons te bidden, te zoeken, te kloppen (Luk. 11: 9). Dat is de weg die Hij wijst. Denk aan Bartimeüs, die aan de weg zat waar Jezus voorbij kwam. Hij bleef Hem roepen, totdat Jezus stilstond en hem liet roepen. Wonder van genade! De Heere kan ons voorbij gaan. Hij is ons niets verplicht. Wij hebben het verzondigd voor Hem. Hij kan ons rechtvaardig veroordelen. Wat komt er een nood in je leven als je dat gaat beamen. Maar in onze onmogelijkheid begint Gods mogelijkheid! Het wonder is dan dat Híj je opzoekt. Dat Hij stilstaat én je mag horen: Heb goeden moed, sta op, Hij roept u (Mark. 10: 49). Dan is het geen vraag meer hoe je Hem moet zoeken. Dan mag je door het geloof komen en het eeuwige leven ontvangen. Dan verlies je de angst voor het oordeel en zie je bij momenten juist uit naar de wederkomst van Christus.

  • Laurens Kroon
376