Annuleren

Zoek hier binnen onze website

#35 - Vrede!

emmaus_35.jpg

Lezen: Lukas 24:36-43

“De Heere is waarlijk opgestaan!” Zo groetten de eerste christenen elkaar. Het is de kern van het christelijke geloof. Wie gelooft het ongelofelijke? Hoe kun je geloven in de opstanding?

Je ziet dat de discipelen er ook ontzettend veel moeite mee hebben. Ze komen zo moeilijk uit hun eigen gedachten en verdriet. En dat terwijl Jezus al voor Zijn lijden en sterven over Zijn opstanding had gesproken.

Maar nu is het waar. Als de Emmaüsgangers vol blijdschap terugrennen - reken maar niet dat ze rustig wandelden - naar Jeruzalem, om het goede nieuws te vertellen, komt hun vanaf de andere kant de luidde, vreugdevolle roep al tegemoet: “De Heere is waarlijk opgestaan. Simon heeft Hem gezien”.

Het ongeloof wijkt, het geloof komt. Ze zijn er vol van en praten erover. En dan staat Jezus opeens bij hen en groet hen: “Shalom! Vrede zij jullie!” Ja, en nu ze Hem echt voor zich zien, weten ze gewoon geen raad met de situatie. Is het ongeloof? Hoe zou jij reageren?

Noem de afgelopen dagen maar gerust een emotionele achtbaan voor de volgelingen van Jezus. Plotsklaps is alle omgekeerd. Hij leeft! Lukas schrijft: ‘En toen zij het van blijdschap nog niet geloofden en zich verwonderden…’. Dat is geen ongeloof. Ja, het is twijfel. Het is toch ook ongelofelijk? Maar Jezus helpt hen er over heen. Ze mogen Hem aanraken.

Jezus spreekt hart, hoofd, ogen en handen aan. Jezus kent de zwakte van ons. Hij weet wat wij nodig hebben om ons ongelovige en twijfelde hart voor Zich te winnen. Als Jezus komt, neemt Hij alle twijfel weg. Angst, verdriet, berouw over je zonde; Hij geeft je Zijn vrede!

Het paasgeloof is een heerlijk geloof. ‘Nu jaagt de dood geen angst meer aan, want alles, alles is voldaan.’ Nog één ding. Het is te mooi om niet te noemen. Jezus toont Zijn handen en Zijn voeten, met daarin de littekens van de kruisiging. Hij heeft een verheerlijkt lichaam, toch Zijn de tekenen nog zichtbaar. De redding ligt vast in de doorboorde handen van Jezus. Dat neemt alle twijfel weg!

1178