Annuleren

Zoek hier binnen onze website

De weg tot God is afgesloten

2018 18 JOUW VRAAG

De mens heeft geen toegang tot God, zo lezen we in artikel 26 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis, ‘dan alleen door de enigen Middelaar en Voorspraak, Jezus Christus, den Rechtvaardige’. Ik ben onbekeerd. Hoe kan ik dan bidden om het werk van Zijn Geest in mijn hart, terwijl de toegang gesloten is en tot nog toe gesloten blijft? Dit maakt mij verdrietig en moedeloos om te blijven bidden zolang de toegang tot God niet geopend wordt.
 

Ik vind het mooi dat je de eerste zin van artikel 26 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis aanhaalt. De belijdenisgeschriften zijn schatten waaruit we veel kunnen leren over de kern van het Woord van God. Ik ben wél benieuwd of je ook hebt doorgelezen… Het vervolg geeft namelijk antwoord op jouw moedeloosheid.

Enige weg terug
Want is de toegang tot God echt gesloten? Die was inderdaad gesloten. In het paradijs gooiden Adam en Eva de deur achter zich dicht. Ze waren niet in staat om die van hun kant weer te openen. God toornt over de zonde. Hij is een verterend vuur en een eeuwige gloed bij Wie niemand wonen kan (Jes. 33: 14). Telkens weer laat Hij in de Bijbel een glimp zien van Zijn heiligheid en majesteit, zodat wij daarvan diep doordrongen zouden zijn. Maar gelukkig is dat niet het enige dat we over God kunnen zeggen. Op de drempel van het verloren paradijs beloofde Hij Zijn Zoon te zenden om de toegang weer te openen, ‘opdat wij mensen een toegang zouden hebben tot de Goddelijke majesteit’, zegt het vervolg van artikel 26. Niet zomaar, maar omdat de Heere Jezus de ontzaglijke toorn van God over de zonde gedragen heeft. Hij is daarmee de enige Weg terug naar de Vader. Wij moeten geen andere Middelaar zoeken!

Jij bent verdrietig en moedeloos, omdat de toegang tot God niet geopend wordt. Maar leg je daarmee niet – onbewust – de schuld bij God? Het wonder is dat Hij de toegang wél heeft geopend! Waar geen weg meer was, heeft Hij een weg gebaand. Zijn eniggeboren Zoon, Die Zichzelf vernietigd heeft en ons in alles gelijk is geworden (Fil. 2: 7), is de Weg. Het ligt niet aan Hem. Integendeel, zegt artikel 26, ‘Want er is niemand, noch in de hemel, noch op de aarde, onder de schepselen, die ons liever heeft dan Jezus Christus’. En zeker, hier spreekt het geloof. Toch is dit artikel één grote aanmoediging om je zaligheid en houvast niet bij jezelf of anderen te zoeken, maar bij Christus alleen. Zijn liefde tot zondaren is altijd groter dan wij ons kunnen indenken. Nogmaals, het ligt niet aan God. Het ligt aan ons. Wij houden de toegang gesloten. Door ons ongeloof en onze onbekeerlijkheid. Dat is de aangrijpende werkelijkheid. 

Gewillig om te horen
Ik ben onbekeerd, schrijf je. Daarom blijft de deur dicht. Hij heeft toch gezegd: Ik bid niet voor de wereld, maar voor degenen die Gij Mij gegeven hebt (Joh. 17: 9)? Dat is zeker waar. Maar wie zijn degenen die Gij Mij gegeven hebt? ‘We mogen niet rekenen met de uitverkiezing’, schrijft ds. J.J. van Eckeveld in zijn boek over de Nederlandse Geloofsbelijdenis bij artikel 26 (‘Geloven en verwachten’). ‘Ook als we niet weten of we uitverkoren zijn, dan is er toch een open toegang tot deze Zaligmaker’! Dus ook voor jou, al ben je nog zo onbekeerd. David zingt in Psalm 65: Gij hoort het gebed, tot U zal alle vlees komen (vers 3). Je bent dus juist, om Jezus’ wil, bij God aan het goede adres. Blijf maar kloppen, zoeken en bidden. De Heere is gewillig om te horen. Op Zijn tijd en manier. Laat ons dan met vrijmoedigheid toegaan tot den troon der genade, opdat wij barmhartigheid mogen verkrijgen, en genade vinden om geholpen te worden te bekwamer tijd (Hebr. 4: 16). Vrijmoedigheid betekent hier ‘alles zeggen’. Zeg Hem dus ook maar dat je geen moed meer hebt om te bidden. Vertel het ook als je bang bent dat je geen toegang tot God hebt vanwege je zonden. In die weg leer je dat de vrijmoedigheid om tot God te gaan niet in jezelf ligt, maar buiten jezelf in Christus.

 

Laurens Kroon

376