Annuleren

Zoek hier binnen onze website

Column Hallo Jumbo - Adieu

"Hallo, hallo; dat zegt u maar bij de Jumbo". De laatste column van collega Sjaak Jacobse gaat over elkaar groeten bij de kerk en in de gemeente. Dat doet je vanuit de grondhouding van elkaar zien als lidmaten van hetzelfde lichaam; mensen die samen bewegen binnen de lichtcirkel van het evangelie, omdat ze hetzelfde nodig hebben. Daar past een 'adieu' meer dan een 'hallo'.

Het had zo’n mooie ontmoeting kunnen worden. We hadden net met een groepje +21 jongeren een gezang gezongen in de herdenkingskapel bij deze kerk. Helaas konden we de kerk zelf niet in, daar zou de dag erna een evenement gehouden worden. De kosteres is met een team
vrijwilligers druk bezig om alles gereed te maken. Na een tijdje loopt ze op ons toe; een goed moment voor ontmoeting.
Met mijn aller vriendelijkste gezicht begroet ik haar: “Hallo”. Tot die tijd heeft ze ons nauwelijks gezien. Nu ze aangesproken wordt, regeert ze wel: “Hallo, hallo; dat zegt u maar bij de Jumbo!” Gelijk daarna loopt ze door. Geen gesprek.

Ik sta niet snel met een mond vol tanden, maar nu wel. Moet ik ad-rem reageren? Zal ik haar juist het goede toewensen? Ik voel de neiging opkomen om iets lelijks te zeggen en besluit de kerk te verlaten. Teleurgesteld; dat wel.

Paulus roept de gemeente van Korinthe op om elkaar te kussen ‘met een heilige kus’. Uit de brieven aan deze gemeente krijg je niet de indruk dat de Korintiërs knuffelaars waren. Natuurlijk, een begroetingskus hoorde bij de goede omgangsvormen in de Griekse cultuur. Maar zou dit in een
gemeente van uitersten, botsende karakters en verschillen in de leer vanzelfsprekend geweest zijn? Toch roept Paulus op om elkaar op een hartelijke manier te verwachten, te zien, te begroeten en van elkaar afscheid te nemen. Vanuit het hart, omdat de gemeente een geheiligde gemeente in Christus is; omdat er in dit lichaam geen onenigheid mag zijn.

Elkaar begroeten bij de kerk is dus per definitie anders dan bij de Jumbo. Toegegeven, misschien horen daar inderdaad ook andere woorden en gebruiken bij. Het mag wat mij betreft ook wat hartelijker. Er hoort ook een andere grondhouding bij: de houding van elkaar zien als lidmaten van hetzelfde lichaam. Ik kan de ander niet missen. Ik zie jongeren en ouderen van de gemeente als mensen die samen bewegen binnen de lichtcirkel van het evangelie, omdat ze hetzelfde nodig hebben: Gods genade, voor een arme zondaar. Dat schept een band. En die band versterk je door elkaar het goede toe te wensen vanuit verbondenheid.

En dat ga ik nu ook doen: Adieu, ga met God!

Sjaak Jacobse
 

p.s. dit was mijn laatste column voor Jongerenblad Daniël

980