Annuleren

Zoek hier binnen onze website

Hier kom je thuis

de terugkeer van de verloren zoon_detail.jpg

Dit jaar is een Rembrandtjaar. Er is veel aandacht voor de meester-schilder uit de Gouden Eeuw. Dit jaar is het 350 jaar geleden dat Rembrandt overleed. Hij overleed 4 oktober 1669. Rembrandt heeft heel veel schilderijen en etsen van Bijbelverhalen gemaakt.

Een van de bekendste schilderijen van Bijbelverhalen is ‘de terugkeer van de verloren zoon’. Dit werk komt uit 1668. Het hangt in de Hermitage in Sint-Petersburg. Dit blijft een boeiend en inspirerend meesterwerk. Hoe langer je ernaar kijkt, hoe meer je ziet. Rembrandt raakt hier de diepte van de gelijkenis zelf aan.

‘De terugkeer van de verloren zoon’ is een bijzonder schilderij. Henri Nouwen schreef zelfs een boek naar aanleiding van dit schilderij: Eindelijk thuis. Rembrandt, de meester van het licht, laat het licht vallen op de vader. Liefdevol legt de vader zijn handen op de schouders van zijn zoon. Zijn ogen zijn vol ontferming, gericht op zijn jongste! Hij is er weer! En let op de handen. Wat zeggen handen van mensen veel, maar wat zeggen deze handen? Ze zijn niet gelijk. Er is een vaderhand en een moederhand. Zou Rembrandt niet gedacht hebben aan Jesaja 66 vers 13: Als een, dien zijn moeder troost, alzo zal Ik u troosten.

Ik wil je vragen in het jeugdwerk veel aan de gelijkenis van de vader en de twee zonen te denken. De Heere Jezus geeft met de vader een beeld van Zijn hemelse Vader. De gelijkenis heeft een open einde. Je wordt uitgenodigd tot de liefde van deze Vader. Liefde voor jongste én oudste zonen. Wat is deze gelijkenis sprekend God! Hij is Zijn Adam, Zijn mens, Zijn kind, kwijt. Maar Hij heeft de mens na de zondeval opgezocht en getroost, door hem Zijn Zoon te beloven (NGB, Art. 17).

Er zijn veel jongeren die de gemeente verlaten. Je bereikt ze niet meer. Je spreekt ze en het bleek dat hun hart al veel langer weg was. Je moet ze laten gaan, zoals ook die vader deed: met een deel van de erfenis. Augustinus, voor wie deze gelijkenis een grote betekenis had, schrijft daarover: “U bent trouwens wel een lieve Vader, dat u hem dat meegaf! En toen hij met lege beurs terugkwam, was U nog liever.”

Het enige antwoord op secularisatie, of dat nu iets is van het hart, of werkelijk een breuk met de kerk betekent, is liefde. Liefde trok de jongste zoon naar huis. Je mag zelfs zeggen: verkiezende liefde. Augustinus schrijft in het tiende boek van Belijdenissen. “Laat heb ik U liefgekregen. U was bij mij, maar ik was niet bij U. Geroepen hebt U en geschreeuwd, door mijn doofheid bent U heen gebroken.”

Als ik naar ‘de terugkeer van de verloren zoon’ kijk, zie ik iets dat ik afdwalende jongeren gun: de tere ervaring van Gods liefde voor een diep verloren zondaar. Als ik er lang naar kijk, word ik geraakt door de aanblik van die jongen, maar nog meer door het gezicht van de vader. En ik weet dat dit ook het diepste geheim van de kerk is, dat God zo Zichzelf zo tot zondaren wendt. Er is geen enkele goede rede te bedenken, waarom God dít doet, dan alleen zijn liefde.

Hier spreekt God! Hier openbaart Hij Zijn liefde, voor weglopers én voor mokkende oudste zonen. Hier kom je thuis. En als je dan toch weggaat, dan blijft er een Vader achter. Laat dan in het jeugdwerk de liefde er zijn. Niet onze liefde, die zomaar omslaat in hardheid uit verbittering, maar Gods liefde, die in Zijn Vaderhuis plek heeft voor zonen die zichzelf onmogelijk bij Hem gemaakt hebben.

Dirk-Jan Nijsink

1364