Annuleren

Zoek hier binnen onze website

Blog: Voor mij!

BLOG

In onze kleine gemeente in Durrës werd even de adem ingehouden toen vier mensen één voor één neerknielden en hun naam klonk met de naam van de drie-enig God. Toen water naar beneden stroomde, wijzend op reinigend bloed. Gods Woord en werk werden zichtbaar. Een indrukwekkend moment. Voor veel mensen in de kerk was het de eerste keer dat ze hiervan getuige waren. “Waar komt dat water vandaan?” vroeg een meisje naast mij verbaasd.

Enkele weken later staat voor het eerst de Avondmaalstafel klaar. Brood en wijn. Alle dingen zijn gereed. Opnieuw maakt de Heere Zijn evangelie zichtbaar voor iedereen. Iets om van op te kijken, vind je niet?

Toch voel ik me gespannen. En ik ben niet de enige. Hoe zal deze dienst verlopen? Zal niemand ich buitengesloten voelen? De afgelopen weken hebben we veel uitgelegd over de betekenis van het sacrament. Dat het Heilig Avondmaal alleen toegankelijk is voor leden van de gemeente (en niet voor mensen die nog niet gedoopt zijn) was voor sommige vrouwen maar moeilijk te begrijpen. In Albanië eet je samen met ieder die in huis is.

De Heere zorgt. Hij verhoort gebeden. Hij geeft een gezegende dienst die ordelijk verloopt. Als de dominee het ronde brood omhooghoudt en het in tweeën breekt, kijkt iedereen aandachtig toe. Hoewel ik het gisteren vers gekocht heb, blijkt het brood veel harder te zijn dan gedacht en het scheurt slechts met grote moeite uiteen. “Zo pijnlijk was nu het lijden van de Heere Jezus voor onze zonden”, zegt de predikant. Na de bediening van het Heilig Avondmaal wordt de schaal nogmaals omhooggehouden. Iedereen kan het zien: Er is brood genoeg. Er is wijn genoeg. Er is overvloed bij de Heere Jezus!

Naast mij zit een meisje van veertien. Zonder stimulans van haar ouders, komt ze trouw naar de clubs en vaak ook naar de zondagse dienst. Ze is op dit moment nog te jong om lid te worden van de gemeente. Toch voelt ze zich niet uitgesloten van dat wat voorin de kerk plaatsvindt. Haar ogen glimmen als ze mij aanstoot en in m’n oor fluistert: “Kijk, er ligt daar ook een stukje voor mij.”

 

Gerdine Zoeteman

377