De spanningsboog van jongeren is niet eindeloos. Wij verwachten van catechisanten dat zij toch zeker veertig minuten kunnen luisteren naar onze les.
Maar, is dat wel zo? En, als dat zo is, luisteren ze dan ook echt? Getuigt de luisterhouding ook van het begrijpen van de stof?
Het is goed om te beseffen dat jongeren niet veel langer dan twintig minuten achtereen kunnen luisteren. Daarom is het helemaal geen verkeerd idee om in de catechisatieles een werkvorm toe te passen waarin zij juist mogen en kunnen meedenken of meepraten.
In de casus hierboven zou het heel goed mogelijk zijn dat diaken de Rooij bedenkt om de catechisanten in tweetallen met elkaar te laten overleggen over de vraag: 'Heb je wel eens een haat voor iemand gevoeld?'
Immers, de les die je als catecheet wil leren is niet dat je de ander niet mag doden. Er ligt namelijk veel meer in dit gebod van de Heere.
Het is dus goed om als catecheet van tevoren na te denken over wat de kern van de les is, en hoe je daar jongeren bij kunt betrekken op een interactieve manier.
Heel concreet: Welke werkvorm zou je als catecheet kunnen toepassen in de les?